Over

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid stelt een tijdelijke tegemoetkoming beschikbaar voor werknemers in de Westhaven. Deze tegemoetkoming is voor werknemers die als gevolg van de sluiting van de Hemwegcentrale hun baan kwijtraken en daardoor inkomensverlies lijden.

Om uitvoering te geven aan het Urgenda-vonnis heeft het kabinet het kolenverbod voor de Hemwegcentrale per 1 januari 2020  laten ingaan. Deze vervroegde sluiting van de Hemwegcentrale is een ingrijpende maatregel voor de betrokken werknemers. Werknemers kunnen als gevolg van deze wet mogelijk negatieve (financiële) gevolgen ondervinden.

Onder normale omstandigheden wordt er vanuit de overheid geen directe aanvullende tegemoetkoming geboden aan werknemers voor arbeidsmarkteffecten die het gevolg kunnen zijn van overheidsbeleid. Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om voor het eigen personeel te zorgen via een sociaal plan of anderszins.

In dit unieke geval wordt een aanvullende tegemoetkoming voor werknemers wenselijk geacht. Het personeel bij de Hemwegcentrale en de daaraan nauw verbonden bedrijven hebben niet/nauwelijks tijd gehad om te anticiperen op sluiting van de centrale. Dit brengt voor werknemers onzekerheid en mogelijk inkomensverlies met zich mee.

Omdat uitvoering aan een vonnis wordt gegeven, is het ingrijpen van de overheid op zo een korte termijn van uitzonderlijke aard, dat een eenmalige tijdelijke tegemoetkoming voor werknemers gerechtvaardigd wordt geacht. Deze tijdelijke regeling voorziet daarom in een tegemoetkoming voor werknemers die door de vervroegde sluiting van de Hemwegcentrale inkomensverlies lijden.