Sociale innovatie Gendergelijkheid (ESF+ 2021-2027)

In de ESF+ subsidieperiode (2021-2027) wordt subsidie beschikbaar gesteld om middels het onderdeel sociale innovatie een meer genderevenwichtigere arbeidsmarkt te bevorderen door het (verder) ontwikkelen van uitvoerbare, overdraagbare en gevalideerde praktijk- en wetenschappelijke kennis.

Te publiceren regelwijziging

Binnenkort wordt de volgende regelwijziging gepubliceerd in de Staatscourant:

F. In artikel 2f.9, eerste lid vervalt “na advies van de beoordelingscommissie”.

Toelichting

F. De rangschikking naar selectiecriteria waarnaar verwezen wordt in artikel 2f.9, eerste lid, zal intern worden uitgevoerd door een aantal ambtenaren met relevante kennis en ervaring. Er wordt hiervoor geen beoordelingscommissie ingesteld. De intentie was nooit om een beoordelingscommissie in te stellen, dit is initieel onjuist opgenomen in de regeling.

Disclaimer: de Minister heeft de regelwijziging nog niet getekend, daarom kunnen hier nog geen rechten aan worden ontleend.

Algemeen

In het hoofdstuk 2f van het Europees Sociaal Fonds plus wordt € 5,5 miljoen beschikbaar gesteld voor het genereren en/of verder ontwikkelen van ideeën voor aanpakken, het evalueren en/of toetsen van innovatieve aanpakken en/of het opschalen van effectieve aanpakken gericht op een meer genderevenwichtige arbeidsmarkt.

Doel van het beschikbaar stellen van middelen voor sociale innovatie binnen dit tijdvak is het bevorderen van gendergelijkheid binnen arbeidsorganisaties en de arbeidsmarkt. Er is gekozen om te werken met vijf sub-thema’s, waarbij het middel sociale innovatie is en ‘een meer genderevenwichtigere arbeidsmarkt’ het doel. De vijf sub-thema’s waarbinnen subsidies aangevraagd kunnen worden zijn: 1) vrouwen in de sectoren exacte wetenschappen, technologie, techniek en toegepaste wiskunde (STEM sectoren); 2) betere combinatie arbeid en mantelzorg; 3) het stimuleren van economische zelfstandigheid; 4) gelijkere verdeling van werk en zorg- en huishoudtaken en 5) loontransparantie.

Aanvraagperiode en hoogte subsidie

De subsidie kan worden aangevraagd in de periode van 6 mei 2024, 9:00 uur tot en met 7 juni 2024, 17:00 uur.

Het totale beschikbare budget voor het eerste tijdvak bedraagt € 5,5 miljoen.

De minister verdeelt het beschikbare subsidiebedrag op basis van een tendersysteem. Bij dit proces worden de aanvragen in een volgorde gezet waarbij de hoogst scorende subsidieaanvraag als eerst subsidie verleend krijgt, daarna de één na hoogst scorende subsidieaanvraag, en zo verder, totdat het subsidieplafond bereikt is. Voor de beoordeling van de aanvragen, wordt een beoordelingscommissie benoemd door de minister. De beoordelingscommissie brengt advies uit over de rangschikking van de projecten. Dit advies is gebaseerd op de mate waarin projecten aansluiten bij de selectiecriteria. Per selectiecriteria valt er een maximaal aantal punten te behalen. De beoordeling van de aanvragen leidt tot een rangschikking waarbij de kwalitatief beste aanvragen het hoogst scoren.

In het geval dat het subsidieplafond niet wordt overtekend, zullen de subsidieaanvragen niet in een volgorde worden gezet, zoals bepaald in artikel 2f.9, maar zal er een kwalitatieve toets plaatsvinden op de vereisten van de subsidieregeling.

Let op! Aanvragen kunnen tot sluiting van het tijdvak aangevuld of gewijzigd worden. Aanvullingen en wijzigingen die zijn ingediend na de sluiting van het tijdvak mogen niet worden meegenomen in de beoordeling.

EU-logo met tekst: medegefinancierd door de Europese Unie
Beeld: ©EU