Verslag kennisbijeenkomst 22 september 2016

Op deze pagina vindt u een verslag van de bijeenkomst van 22 september 2016

Ruud Veltkamp – AMR Zaanstreek / Waterland (gemeente Zaanstad)
Danitjse Dobbelaar - AMR Flevoland (gemeente Almere)
Joyce van Holt - AMR Flevoland (gemeente Almere)
Rob Bakker - AMR Haaglanden (gemeente Den Haag)
Peter Koeree - AMR Groot Amsterdam (gemeente Amsterdam)
Kees van Werkhoven - AMR Groot Amsterdam (gemeente Amsterdam)
Renate Pasveer - AMR Stedenvierhoek (gemeente Apeldoorn)
Jacqueline Soetekauw - AMR Rijk van Nijmegen (gemeente Nijmegen)
Niels Taal - OAVD
Henk Tissing - Bureau Bartels
Nienke da Silva - AGSZW
Giovanni Floor - AGSZW
Dick Keijzer - AGSZW
Gerard van Velzen - AGSZW
Annet Bek - AGSZW

AGSZW vraagt aandacht voor het ESF-Event dat medio november plaats zal vinden. Een aantal AMR’s zullen nog navraag doen om een filmpje in te dienen.

Voor de eindcontroles hanteert AGSZW de volgende uitgangspunten:
- 1 week na het indienen van de einddeclaratie ontvangt de AMR de steekproef
- 2 weken na het indienen van de einddeclaratie begint het controlebezoek
- Het controlebezoek duurt 2 weken
- Voor de vso/pro projecten bestaat het controleteam veelal uit 4 personen
- Voor de gemeenteprojecten bestaat het controleteam uit 5 personen
- De controle is per cluster dus ook de steekproef is per cluster.

Ter onderbouwing van het aantonen van arbeidsbelemmerdheid bij een deelnemer is in de HPA opgenomen dat een verklaring van een arbeidsdeskundige voldoet. Dit is echter niet zo: in de ESF-regeling is deze beroepsgroep niet opgenomen. In de volgende HPA zal dit aangepast worden.

Enkele AMR’s geven aan dit vreemd te vinden aangezien de arbeidsdeskundigen wel de loonwaardebepaling doen.

Bij dit overleg is Bureau Bartels aangeschoven om te discussiëren over de indicatoren 25 en 26 waarvan het resultaat aan de Europese Commissie gemeld moet worden.

Indicator 25: deelnemers die na deelname aan een individueel traject onderwijs/opleiding volgen Hiermee wordt géén regulier onderwijs bedoeld, dat wordt al gemeten, maar wel opleidingen/trainingen die niet door ESF worden gefinancierd. Het meetpunt voor deze indicator is de einddatum van het traject of in de periode van vier weken daarna.

Vraag aan de AMR’s: is dit haalbaar?

Na enige discussie is de conclusie van de aanwezigen dat de administratieve lasten die deze indicator met zich mee brengt veel te hoog zijn en dat dit disproportioneel is.

Indicator 26: deelnemers die een traject hebben afgelegd en die daarmee een kwalificatie hebben behaald

Vraag aan de AMR’s: kan dit op een slimmere manier?

Bij deze indicator tellen aanwezigheidscertificaten niet mee, er moet sprake zijn van kwalificerende opleidingen. Alle deelnemers in de projecten die hun vso- dan wel pro-opleiding afronden voldoen aan deze indicator. Voor de gemeenteprojecten is het de vraag of er veel opleidingen/trainingen plaatsvinden die bekostigd zijn met ESF in de projecten. Dit lijkt niet zo te zijn.

Aangezien de scholing met ESF gelden bekostigd is, moet deze ook in de einddeclaratie opgenomen zijn. In de beslisboom is de eerste stap dan, heeft u binnen uw einddeclaratie kosten voor scholing gemaakt?

AMR Amsterdam heeft een aantal agendapunten toegezonden. Zij vinden de communicatie die heeft plaatsgevonden over het werkprogramma onvoldoende.

Diverse AMR’s hebben de zgn. slapers in hun bestanden. De vraag is hoe bewijs je dat iemand een slaper is? Voor slapers kunnen geen documenten/contacten in de systemen worden verantwoord. Als slapers buiten de berekening van de toerekening gehouden worden zal moeten worden aangetoond dat het slapers zijn en AGSZW zal hier ook op controleren.

In diverse overleggen is eerder aangekondigd dat AGSZW niet meer zal controleren op de ‘dikte van de dossiers’ maar op de aanwezigheid van arbeidstoeleidende activiteiten. Dit betekent echter niet dat bij de controle volstaan kan worden met een enkel blaadje met een contactmoment. AGSZW wil de cliëntdossiers in kunnen zien.