De levensmiddelenindustrie is breed en divers. Speciaalzaken, lokale bakkerijen, multinationals. Al die bedrijven staan voor grote uitdagingen: vergrijzing, zwaar werk, technologische ontwikkelingen en een krappe arbeidsmarkt. Het blijven ontwikkelen van vaardigheden is nodig om het werk te kunnen blijven doen. Met behulp van de MDIEU-subsidie ondersteunt Stichting Ontwikkelingsfonds Levensmiddelenindustrie (SOL) bedrijven bij het verbeteren van duurzame inzetbaarheid. “Zonder de subsidie zouden veel trajecten niet van de grond komen,” zegt programmamanager Laurens van Piggelen. “Het geeft bedrijven een broodnodig duwtje om te investeren in waardevolle trajecten voor hun mensen.”
Een faciliterende aanpak
Van de buurtbakker met 8 medewerkers tot grote concerns als FrieslandCampina. Ze maken allemaal deel uit van dezelfde sector, maar hebben verschillende behoeften. "Ongeveer 90% van de mensen werkt bij 10% van de bedrijven,” zegt Laurens. “Daar richten we ons primair op, omdat we dan zo veel mogelijk mensen bereiken. Kleinere bedrijven kunnen natuurlijk ook altijd meedoen.” De diversiteit binnen de sector maakt het complex om alle bedrijven te bereiken. SOL richtte de MDIEU-subsidieaanvraag daarom bewust zo in dat er ruimte is voor maatwerk. In plaats van te kiezen voor een vast pakket met vooraf bepaalde leveranciers, stelde SOL een breed activiteitenkader op met zo’n 25 subsidiabele thema’s. Van vitaliteitsprogramma’s en leiderschapstrainingen tot werkplekleren en taalonderwijs.
“We maakten het sectorplan concreet genoeg, zodat het past binnen de visie van wendbare, vaardige en vitale vakkrachten, en tegelijk breed genoeg zodat bedrijven activiteiten kunnen kiezen die écht bij hun situatie passen,” vertelt Kimberly Krul, partnermanager bij SOL. “Deze flexibele opzet maakt het voor zowel grote als kleinere werkgevers mogelijk om de subsidie effectief te benutten en sluit aan bij de diversiteit van de sector.”
Activatiegesprekken als motor
Om bedrijven te enthousiasmeren voert SOL jaarlijks honderden activatiegesprekken. Dat zijn persoonlijke gesprekken waarin zij uitleggen wat er mogelijk is met de MDIEU-subsidie. “Soms ontdekken bedrijven dat ze nu al activiteiten doen die in aanmerking komen voor subsidie,” vertelt Laurens. “Dat is een mooie ingang om te laten zien welke extra stappen zij nog kunnen zetten.” Het resultaat is dat steeds meer bedrijven bewust aan de slag gaan met duurzame inzetbaarheid en het structureel opnemen in hun beleid.
Meten voor meer impact
Met steun van de MDIEU-subsidie investeert SOL niet alleen in activiteiten, maar ook in het meten van de effecten daarvan. Via hun programma Kennis en innovatie nemen zij bij diverse trajecten zoals health checks en leiderschapstrajecten vooraf en achteraf dezelfde vragenlijst af. Zo wil de organisatie zichtbaar maken dat het waardevol is om te investeren en leidt tot medewerkers die zich fitter voelen, minder verzuimen en meer werkplezier ervaren. Ook bevragen zij bedrijven over hun beginsituatie, gekozen oplossingen en het resultaat. “Die inzichten gebruiken we om het aanbod verder aan te scherpen,” vertelt Kimberly. “We streven ernaar dat elke euro subsidie aantoonbaar bijdraagt aan betere duurzame inzetbaarheid.”
Dat deze aanpak werkt, blijkt uit de resultaten tot nu toe. In de eerste 2 subsidiejaren realiseerde SOL voor 13.000 tot 15.000 medewerkers direct een training of traject. Indirect profiteerden nog veel meer mensen, bijvoorbeeld doordat collega’s kennis en nieuwe werkwijzen meenamen naar de werkvloer. “Bij werkplekleren, het oprichten van interne opleidingshuizen of cultuurverandering bereik je niet alleen de deelnemers, maar hele teams en soms complete bedrijven,” zegt Laurens. “Zo krijgt de impact van de subsidie een veel groter bereik dan de cijfers op papier laten zien.”
