Voortgangsrapportage AMIF

Op uiterlijk 15 november 2019 dient u de voortgangsrapportage van uw project in over de verslagperiode 16 oktober 2018 tot en met 15 oktober 2019. U vindt de rapportage op het Subsidieportaal van Uitvoering Van Beleid.

Streefwaarden

  • Geef bij de streefwaarden de realisatie van de verslagperiode (16 oktober 2018 t/m 15 oktober 2019) weer en niet de realisatie over de gehele projectperiode t/m 15 oktober 2019. Mocht u niet eerder een voortgangsrapportage hebben ingediend of later dan 16 oktober 2018 zijn gestart, dan neemt u wel de realisatie vanaf het begin van uw project t/m 15 oktober 2019 op. Welke streefwaarden voor uw project van toepassing zijn vindt u in uw laatste goedgekeurde aanvraag. In ‘Stap 5: Resultaten en effecten streefwaarden’ kunt u aangeven of de resultaten bereikt tijdens de verslagperiode voor wat betreft de streefwaarden afwijken van de planning (en waarom). Daarnaast vult u een prognose in over de door u verwachte resultaten. Informatie over behaalde of te behalen resultaten waaraan geen streefwaarde is gekoppeld kunt u tevens toelichten in dezelfde stap.

Bijlage ‘AMIF Projectrealisatie’

  • De bijlage ‘AMIF Projectrealisatie’ is vernieuwd. Deze is in lijn gebracht met de gewijzigde bijlage ‘Projectrealisatie einddeclaratie’, zodat u alvast kunt wennen aan de invulling daarvan. De wijzingen betreffen de tabs ‘Financiële projectrealisatie’, ‘Voortgang cumulatief’, ‘Directe loonkosten’, ‘Externe kosten’ en ‘Onroerend goed en materieel’.
    • De tweede tab van de bijlage betreft de financiële projectrealisatie. In deze tab geeft u aan of het project een Specific Action project betreft. Zo ja, geef dan s.v.p. aan of u gebruik maakt van een overhead van 7% of 15%. Tevens wordt u de mogelijkheid geboden aan te geven of u een internationale organisatie bent. Dit alles is van invloed op de formules die in de tab zijn verwerkt. Het is dus van belang om dit goed in te vullen.
    • In de tab ‘Directe loonkosten’ vult u de directe loonkosten, vrijwilligersvergoeding, eigen arbeid of overige (kolom J) in. Gebruik alleen de categorie ‘overige’ indien u gebruikt maakt van 7% opslag voor de overhead of als de andere categorieën niet van toepassing zijn voor de directe loonkosten.
    • Voor de reis- en verblijfskosten, specifieke uitgaven deelnemers en overige externe kosten gebruikt u de tab ‘Externe kosten’ (zie kolom A). In kolom M kunt u voor de externe kosten aangeven hoe u hebt voldaan aan de markconformiteitseisen indien deze van toepassing zijn. Indien sprake is van onderaannemers dan geeft u dit alleen voor de overkoepelende partij aan.
    • Kosten van onroerend goed en materieel vult u in een aparte tab in. Deze kostensoorten zijn uitgesplitst in verschillende categorieën. Vul in kolom A de juiste categorie in, want dit heeft invloed op de berekening van de kosten. kolom H wordt automatisch gevuld bij de categorieën ‘2 Onroerend Goed Renovatie tot € 100.000’, ‘4 Onroerend Goed Aankoop op basis van gedeeltelijke of volledige aanschafwaarde’ en ‘6 Materieel Aankoop op basis van aanschafwaarde tot € 20.000’.

Indienen voortgangsrapportage

  • Mocht u ten tijde van de voortgangsrapportage een herziene aanvraag hebben ingediend, dan kan het voorkomen dat eventuele gewijzigde activiteiten nog niet in het formulier worden getoond. De herziene aanvraag moet eerst worden goedgekeurd door UVB, voordat in het subsidieportaal de gewijzigde activiteiten overneemt. Indien u toch al een voortgangsrapportage heeft geopend, kunt u deze verwijderen en later opnieuw opstarten.

Mocht u vragen hebben, neem gerust contact met Uitvoering Van Beleid op.